Alleen een eerlijke arbeidsmarkt kan Europa redden - Main contents
Ondanks de lage olieprijs en de vele miljarden die de Europese Centrale Bank in de economie pompt, blijft het aantal banen in Europa ver achter. De naweeën van de crisis zijn nog steeds voelbaar. In Zuid-Europa trekken jongeren bij gebrek aan banen weg. In West-Europa staat de arbeidsmarkt zwaar onder druk, omdat hier werknemers uit Midden en Oost-Europa onderbetaald aan de slag gaan.
En die noodlijdende banenmarkt kan al op korte termijn rekenen op de komst van honderdduizenden asielzoekers, die maar wat graag aan de slag willen. Vaak tegen elke prijs. Begrijpelijk, want als we hun integratie serieus nemen is eerlijk betaald werk een eerste vereiste.
Het is dus zaak deze dubieuze cirkel van migratie en uitbuiting te doorbreken. En dat kan alleen door klip en klaar vast te leggen, dat iedereen voor vergelijkbaar werk op dezelfde werkplek op hetzelfde eerlijke loon kan rekenen. Een afspraak die op Europees niveau moet worden gemaakt. Een uitgelezen kans voor Nederland dus om als voorzitter van de Europese Unie eerlijke arbeidsmigratie tot zijn belangrijkste speerpunt te maken.
Wat moet dus gebeuren?
Te beginnen moet Commissievoorzitter Juncker over de brug komen met het pakket arbeidsmigratie. De huidige regels omtrent het detacheren, oftewel het uitlenen van werknemers over de grens, zijn zo lek als een mandje. Werknemers worden nu helemaal niet uitgeleend, maar juist via schijnconstructies aangenomen om voor een fractie van de loonkosten aan het werk te gaan.
Als daar nog honderden duizenden asielzoekers bijkomen, die bereid zijn voor een appel en een ei te werken, zal dit de sociale standaarden in de hele Unie drastisch verlagen. De aanpak van sociale dumping kan niet op zich laten wachten.
Wat betreft de instroom van asielzoekers op de arbeidsmarkt moeten we de feiten onder ogen te zien. Met name de groep Syrische vluchtelingen zullen niet op korte termijn terug kunnen naar hun land. Zolang zij niet erkend worden, kunnen zij geen baan krijgen. En zolang ze niet werken, loopt de integratie spaak.
Een uitkering is uiteraard geen oplossing. Daarom zijn landen zoals Duitsland, Oostenrijk en Zweden al volop begonnen met programma’s om vluchtelingen aan het werk te helpen. Door te bezien wat hun kwaliteiten zijn, door het opzetten van speciale uitzendbureaus.
In Nederland blijft het tot nog toe op dit punt te stil. Maar als we de integratie serieus willen nemen, zullen we vaart moeten maken. Het bekijken van kwalificaties is het minste wat we kunnen doen. Sociale werkplekken, waar nodig en mogelijk, kunnen tot de opties behoren. Banen voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, zoals de voormalige Melkert-banen, zijn ook een optie.
Europa kan daarbij helpen, zeker ook in financiële zin. Het Europees Sociaal Fonds is de aangewezen weg om de arbeidsmarkt gereed te maken voor de komst van deze nieuwe groep werkzoekenden. De kosten voor deze opvang en integratie zouden ook niet moeten doorwegen bij de Europese begrotingsregels. Ook hier geldt: nood breekt wet.
Het Nederlands voorzitterschap van de EU wacht dus een zware taak. De toekomst van Europa staat op het spel. Het gebrek aan banen, uitbuiting als gevolg van arbeidsmigratie zorgen er voor dat de crisis in Europa voortsleept. Dat tij moeten we keren.
Een eerste stap is de regels van het vrije verkeer van werknemers op de interne markt goed regelen. Ook om er voor te zorgen dat de grote groep nieuwkomers op een eerlijke en sociale manier in de Europese samenleving kunnen aarden.
Dat is niet alleen een kwestie van willen. Het is bittere noodzaak.