Vragen over berichtgeving over financiering van veroordeelde terroristen door de Palestijnse Autoriteiten

Source: J.H. (Han) ten Broeke i, published on Tuesday, January 26 2016.

Schriftelijke vragen van de leden Van der Staaij, De Roon, Ten Broeke en Voordewind aan de minister van Buitenlandse Zaken over berichtgeving over financiering van veroordeelde terroristen door de Palestijnse Autoriteiten (ingediend 26 januari 2016).

Vraag 1

Kent u het bericht “Palestinians using foreign aid to fund anti-Israel terror, Hotovely says”? 1)

Vraag 2

Volgens de Israëlische onderminister van Buitenlandse Zaken Hotovely maken de Palestijnse Autoriteiten maandelijks $400 tot $3.500 over naar veroordeelde Palestijnse terroristen en hun familieleden. Hij benoemt dat volgens de Wereldbank de $21,7 miljard aan steungeld die de PA tussen 1993 en 2013 ontving niet is gebruikt voor economische en sociale ontwikkeling in de Palestijnse gebieden, maar voor het bekostigen van infrastructuur en wapens gebruikt voor terroristische doeleinden. Hoe beoordeelt u deze beweringen? Deelt u de analyse dat de internationale gemeenschap op basis van deze gegevens haar donorbeleid zou moeten heroverwegen?

Vraag 3

In de motie Voordewind/Van der Staaij van 26 mei 2015 wordt de regering verzocht de druk op de PLO op te voeren teneinde af te zien van het financieren van veroordeelde Palestijnen (Kamerstuk 23 432, nr. 405). In deze motie wordt verwezen naar de motie Voordewind/Van der Staaij met dezelfde strekking (Kamerstuknummer 23 432, nr. 376). In hoeverre werpt de recente berichtgeving een nieuw licht op doel en inhoud van deze moties? Op welke manier is en wordt uitvoering gegeven aan deze moties?