Blijven strijden voor gelijke kansen, waar je wieg ook staat - Main contents
Alle kinderen moeten dezelfde kans krijgen om zich te ontwikkelen, hun talenten te ontdekken en naar een school te gaan die bij hen past. Helaas krijgt in Nederland niet ieder kind dezelfde kansen, dat werd vandaag weer bevestigd door onderzoek van de onderwijsinspectie. Nu dit rapport er ligt kan niemand kan meer ontkennen dat strijden voor gelijke onderwijskansen nog steeds hard nodig is. Mijn overtuiging is dat we alles uit de kast moeten halen om kinderen een gelijke start te geven, ongeacht waar je wieg gestaan heeft.
Uit het onderzoek blijkt dat twee kinderen met dezelfde talenten en een gelijke intelligentie niet dezelfde kansen krijgen, simpelweg omdat de één hoogopgeleide ouders heeft en de ander niet. Kinderen van laagopgeleide ouders krijgen vaker een lager schooladvies, gaan naar scholen waar de prestaties gemiddeld minder hoog zijn en eindigen vaker op een gemiddeld lager onderwijsniveau. De ongelijkheid in de samenleving zet zich op die manier door in het onderwijs. Dat vind ik oneerlijk.
Om deze ongelijkheid aan te pakken bepleiten wij al langer een aantal maatregelen. Bijvoorbeeld een eerlijk schooladvies aan het einde van de basisschool. Zo’n advies krijgt ieder kind en in de meeste gevallen kunnen leraren het niveau van hun leerlingen goed inschatten op basis van 8 jaar basisschool en alle vakken (niet alleen taal en rekenen). Maar sommige kinderen krijgen een te laag advies, terwijl hun score op de eindtoets veel hoger is. Wat mij betreft wordt voor deze kinderen het schooladvies verplicht naar boven bijgesteld. Het hoogste moet tellen: het advies van de school óf het gecorrigeerde advies op basis van de objectieve eindtoets.
Ook zijn er kinderen waarvan het op jonge leeftijd nog niet direct duidelijk is op welk onderwijsniveau ze thuishoren: de laatbloeiers. Om te voorkomen dat zij voor het gemak te laag worden geplaatst wil ik dat middelbare scholen verplicht kinderen met een meervoudig schooladvies moeten toelaten, bijvoorbeeld vmbo-t/havo. Ook moeten er meer brede scholengemeenschappen met brede brugklassen komen zodat laatbloeiers langer de tijd krijgen het beste onderwijsniveau te kiezen. En tot slot laat de onderwijsinspectie zien dat kinderen van lager opgeleide ouders ook vaker op zwakkere scholen zitten. Ik wil daarom dat de beste leraren werken op de scholen met kinderen die de meeste ondersteuning en begeleiding nodig hebben. Op die manier kunnen we ervoor zorgen dat het nooit uitmaakt waar je wieg gestaan heeft, maar iedereen dezelfde kansen krijgt.