Brief regering; Reactie op verzoek van het lid Keijzer over het bericht ‘Kwetsbare zorgvrager kan het echt niet zomaar zelf’ - Sociaal domein

Deze brief is onder nr. 3 toegevoegd aan dossier 34477 - Rapportage sociaal domein.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Sociaal domein; Brief regering; Reactie op verzoek van het lid Keijzer, gedaan tijdens de Regeling van Werkzaamheden van 18 mei 2016 over het bericht ‘Kwetsbare zorgvrager kan het echt niet zomaar zelf’
Document date 29-06-2016
Publication date 29-06-2016
Nummer KST344773
Reference 34477, nr. 3
External link original article
Original document in PDF

2.

Text

34 477 Sociaal domein

Nr. 3 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 juni 2016

U heeft mij - bij de regeling van werkzaamheden van 18 mei jongstleden - gevraagd om een reactie op het SCP-rapport «overall rapportage Sociaal Domein». Uit dit rapport zou volgens genoemd bericht (d.d. 18 mei jl.) blijken dat mensen die bij gemeenten aankloppen voor ondersteuning, niet in staat zijn problemen zelf op te lossen. U zou graag van mij horen op welke rapporten het uitgangspunt gebaseerd is dat mensen krachtig genoeg zijn om uit te gaan van de gedachte van de participatiesamenleving, alsook dat de bezuiniging door de samenleving zou kunnen worden gedragen.

De kabinetsreactie op het SCP-rapport «overall monitor sociaal domein» heeft u reeds ontvangen bij de aanbieding van het rapport1. Uw commissie vraagt op basis van de berichtgeving naar aanleiding van het SCP-rapport of mensen bij wie de grens aan eigen participatie is bereikt, wel de zorg krijgen die ze nodig hebben.

De Wmo is er juist voor mensen die niet in staat zijn problemen zelf op te lossen, in het bijzonder voor mensen zonder netwerk. Het is dan ook niet vreemd dat mensen zonder netwerk van Wmo voorzieningen gebruik maken. In tabel 3.2 (p. 178) van het SCP rapport2 is te lezen dat (uit een selecte steekproef van gebruikers van een Wmo- voorziening in 2013) ongeveer drie kwart aangeeft niet zelfstandig het huishouden te kunnen doen. 98% van deze mensen die het niet zelf kunnen geeft aan hulp te hebben gehad. Bij 79% bestond deze hulp uit professionele hulp. Ik constateer op basis hiervan dat er hulp beschikbaar is voor een kwetsbare groep.

Met de Wmo hebben gemeenten de kaders in handen om participatie en zelfredzaamheid bij deze groep mensen te bevorderen. Dit was al het doel bij de invoering Wmo in 2007, zoals Staatssecretaris Ross destijds in de memorie van toelichting schreef: «De regering is van mening dat een krachtige sociale structuur nodig is, waar zelforganisatie, maatschappelijke binding en eigen verantwoordelijkheid een belangrijke plaats in innemen, die voorliggend is aan professionele arrangementen van zorg, cultuur, ontspanning en welzijn. De regering heeft de overtuiging dat met goede voorliggende voorzieningen en preventieve ondersteuning veel beter aan de wens tot sociale participatie van burgers, jong en oud, met en zonder beperkingen, kan worden voldaan.«

De evaluatie van de Wmo 20073 laat zien dat gemeenten in staat zijn geweest hier belangrijke stappen te zetten. Mede op grond hiervan hebben gemeenten - conform dezelfde filosofie - op grond van de Wmo 2015 voor een bredere groep mensen en een breder palet aan taken verantwoordelijk gekregen passende ondersteuning te bieden gericht op zelfredzaamheid en participatie.

Mensen die het (zelfstandig) leven niet meer op eigen kracht en/of met het netwerk aan kunnen, moeten kunnen (blijven) rekenen op passende en kwalitatief goede zorg en ondersteuning. Het is om deze reden dat dit kabinet de hervormingen in de langdurige zorg heeft ingezet. Er moet kunnen worden gegarandeerd dat voor hen nu, maar ook in de toekomst, zorg en ondersteuning beschikbaar blijf.

Naast genoemde ervaringen met de Wmo 2007 zijn voor de voorbereiding van het Regeerakkoord meerdere rapporten geschreven, zoals

    • • 
      «Een beroep op de burger; minder verzorgingsstaat, meer eigen verantwoordelijkheid», SCP 2012;
    • • 
      Burgerkracht. De toekomst van het sociaal werk in Nederland», RMO, april 2011.

Uit deze rapporten kan worden afgeleid dat het maatschappelijk debat over de mogelijkheden en grenzen van de participerende samenleving al langere tijd uitgebreid wordt gevoerd. De crux in het beroep kunnen doen op de burgerkracht zit in het zorgvuldig afwegen in een persoonlijk gesprek wat iemand zelf kan en wil en vervolgens het samenstellen van passende ondersteuning. Maatwerk en een

persoonlijke benadering vormen daarom ook de basis van de Wmo 2015 en de kern van de transformatie. Vanuit de ontwikkelagenda «volwaardig meedoen» die ik u op 2 mei jl. heb aangeboden, werk ik met cliënten en gemeenten aan verdere verbeteringen op dit punt.

Ten aanzien van de taakstellingen in dit kader noem ik de Brede Heroverwegingen waarin een interdepartementale werkgroep, aangevuld met externe deskundigen, heeft onderzocht op welke zaken structurele besparingen mogelijk zouden zijn op de netto uitgaven van de langdurige zorg (extramuraal en intramuraal). De aannames van de werkgroep zijn vervolgens door het Centraal Planbureau getoetst en gepubliceerd in het rapport «12.Langdurige Zorg uit de Brede Heroverwegingen»4 dat in april 2010 aan uw Kamer is aangeboden. Het decentraliseren van delen van de AWBZ is een van de verschillende maatregelen die genomen zijn om de besparingen mogelijk te maken. De Taskforce Beheersing Zorguitgaven, ingesteld door de bewindspersonen van VWS en Minister Financiën, heeft in juni 2012 een rapport5 uitgebracht met daarin zestig aanbevelingen voor beheersing van de zorguitgaven. Eén daarvan heeft betrekking op de zorgvrager, om die in de thuissituatie in bredere zin te compenseren voor zijn beperking waarbij de aanwezigheid van mantelzorg en de mogelijkheid particuliere hulp in te schakelen onderdeel is van de weging van de zorgbehoefte. Voor deze specifieke maatregel wordt geen opbrengst meegerekend.

In aanloop naar de verkiezingen van 12 september 2012 hebben tien politieke partijen het Centraal Planbureau gevraagd om een analyse van hun verkiezingsprogramma’s. Het Centraal Planbureau heeft de doorrekeningen van de verkiezingsprogramma’s, waarbij gebruik is gemaakt van de Brede Heroverwegingen, gepubliceerd in het rapport Keuzes in Kaart 2013-2017 in augustus 2012. Het benutten of inzetten van burgerkracht is ook bij deze doorrekeningen niet als maatregel meegenomen.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn

Noot 1

Kamerstuk 34 477, nr. 1

Noot 2

Overall rapportage sociaal domein 2015, SCP mei 2016

Noot 3

  • M. 
    de Klerk, R. Gilsing en J. Timmermans (red.), Op weg met de Wmo. Evaluatie van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2007-2009, SCP, Den Haag, 2010.

Noot 4

Kamerstuk 32 359, nr. 1

Noot 5

«Naar beter betaalbare zorg» - rapport Taskforce Beheersing Zorguitgaven, juni 2012


 
 
 

3.

More information

 

4.

EU Monitor

The EU Monitor enables its users to keep track of the European process of lawmaking, focusing on the relevant dossiers. It automatically signals developments in your chosen topics of interest. Apologies to unregistered users, we can no longer add new users.This service will discontinue in the near future.