Schriftelijk Overleg: Harde aanpak BTW-carrouselfraude en terrorismefinanciering

Source: A. (Aukje) de Vries i, published on Tuesday, December 13 2016, column.

BTW-carrouselfraude moet worden aangepakt. Fraude met BTW zorgt ervoor dat de goedwillende burgers en bedrijven onnodig teveel belasting moeten betalen. Het is dan ook goed dat de bestrijding van de BTW-fraude prioriteit heeft voor de regering. Aukje de Vries stelde hier namens de VVD vragen over in een schriftelijk overleg en wil ook dat expliciet naar de bestrijding van terrorismefinanciering wordt gekeken. "De VVD wil dat er volle inzet wordt gepleegd op het bestrijden van terrorismefinanciering en financiering van criminele activiteiten."

De Europese Rekenkamer heeft schattingen gedaan van de BTW-fraude in Europa en dat is circa 50 miljard euro per jaar. Dat kan natuurlijk niet en moet snel minder worden. Hoe groot is het bedrag voor Nederland?

Er moet niet alleen gekeken worden het punt van de BTW-fraude, maar ook naar waar het geld dan heen gaat, zoals terrorismefinanciering of financiering van criminele activiteiten. 80% van het verlies wordt namelijk veroorzaakt door criminele organisaties.

De VVD wil dat er volle inzet wordt gepleegd op het bestrijden van terrorismefinanciering en financiering van criminele activiteiten. Dat geldt dus ook voor de BTW-carrouselfraude. Wat wordt hier specifiek aan gedaan door de regering? Wat is de rol van de FIU (Financial Intelligence Unit) bijvoorbeeld in het gehele traject, maar ook in de specifieke casus in de uitzending van Zembla?

Wanneer komt de implementatiewet voor de 4e anti-witwasrichtlijn in de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) naar de Tweede Kamer? Klopt het dat dit pas in het 2e kwartaal 2017 is? Waarom kan dit niet sneller?

Hoe heeft de Wwft gewerkt in dit geval of misschien wel niet gewerkt? Wat ontbreekt er nog aan deze wet om dit soort problemen wel aan te pakken en welke oplossingen zijn daarvoor nodig in de Wwft? Wat ontbreekt er nog om dit soort zaken goed te kunnen opsporen? Wat ontbreekt er nog in de wet- en regelgeving om de financiering van criminele activiteiten via BTW-fraude op te kunnen sporen en aan te kunnen pakken?

De leden van de VVD-fractie lezen dat er Europees breed inmiddels een oplossing is om de BTW-carrouselfraude met CO2-emissierechten effectief te bestrijden. Welke maatregelen gaat het precies om? En hoe effectief is de oplossing en zijn de maatregelen? Hoe hebben de maatregelen gewerkt in relatie tot het geval in de uitzending van Zembla?

Zembla heeft een lijst in handen met een veertigtal personen en bedrijven in Nederland die mogelijk betrokken zouden zijn bij de BTW-fraude. Heeft het OM en/of het FIOD die lijst inmiddels al gekregen van Zembla en/of opgevraagd? En in hoeverre doet het OM/FIOD hier onderzoek naar? Hoe kan het dat Zembla zegt dat het een lijst heeft met een veertigtal personen en bedrijven in Nederland die betrokken zouden zijn, terwijl in de brief van 1 november jl. staat dat de informatie die Nederland heeft uitgewisseld met Italië ging over buitenlandse bedrijven, die niet in Nederland waren gevestigd?

De leden van de VVD-fractie lezen dat als de FIOD een signaal ontvangt dat sprake is van terrorismefinanciering, hier vanzelfsprekend zeer zorgvuldig naar wordt gekeken. Dat lijkt de VVD-fractie niet meer dan logisch. Maar gaan de FIOD en andere organisaties ook actief zelf op zoek? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke organisaties doen dat?

Er lopen op dit moment 8 BTW-carrouselonderzoeken bij de FIOD. De VVD begrijpt dat er over lopende zaken niet alles gezegd kan worden. Maar kan in algemene zin iets meer over deze onderzoeken iets gezegd worden, bijvoorbeeld waarop het zich richt en de link met financiering van criminele en/of terrorisme activiteiten?

In de brief van de regering gaat het over de aanpak van ‘intra-communautaire’ fraude. Maar op wat voor manier wordt ook gekeken naar extra-communautaire btw-carrouselfraude (MTEC)? Een onderzoek van de Italiaanse Centrale Bank (2011) stelt: “Finally, modern carousels involving non-EU countries (MTEC) cannot be detected by checks on intra-EU transactions data.” In hoeverre wordt MTEC meegenomen in de huidige aanpak en zijn er nog knelpunten die opgelost moeten worden om ook MTEC op te kunnen sporen? Welke speerpunten ziet de staatssecretaris daar? Vindt de staatssecretaris dat ook dit de aandacht moet krijgen in het implementeren en ontwikkelen van (nieuwe) opsporingstechnieken? Komt de EU daar ook met een gezamenlijke aanpak?