Schriftelijke vragen economische gevolgen beschermde status Bildtdijken

Source: A. (Aukje) de Vries i, published on Wednesday, December 28 2016, column.

Naar aanleiding van een artikel in het blad Nieuwe Oogst hebben de VVD Tweede Kamerleden Arno Rutte, Helma Lodders en Aukje de Vries vragen gesteld aan de minister van OCW en de staatssecretaris EZ. Het gaat daarbij met name over de economische gevolgen van het aanwijzen van de Bildtdijken tot beschermd dorpsgezicht en de gevolgen voor de agrarische sector. Eerder heeft de VVD in de Tweede Kamer ook al schriftelijke vragen gesteld en ook een motie ingediend over de status van beschermd dorspgezicht van de Bildtdijken.

Vragen van de leden Rutte, Lodders en Aukje de Vries (allen VVD) aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en de staatssecretaris van Economische zaken betreffende de problemen van agrarische ondernemers in de Oudebildtdijk

Vraag 1

Hebben de minister en de staatssecretaris kennisgenomen van het bericht ‘We vrezen dat onze bedrijven straks op slot zitten’(Nieuwe Oogst, 17 december 2016)? Wat vinden zij van het bericht?

Vraag 2

Wat is de reactie van de minister en de staatssecretaris op de problematiek die door de agrarische ondernemers aan de Oudebildtijk wordt geschetst, specifiek op de punten van 2.500 hectare  en een buffer van 1.000 hectare landbouwgrond die als beschermd dorpsgezicht worden aangewezen?

Vraag 3

Wat zullen de concrete gevolgen zijn voor de agrarische ondernemers aan de Bildtdijken, met name ook voor de mogelijkheden in de toekomst? Zijn de bewindspersonen het met de VVD eens dat ondernemers de ruimte moeten hebben om te kunnen ondernemen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 4

Hoe is het ministerie van Economische Zaken betrokken geweest bij de besluitvorming voor het aanwijzen van de Bildtdijken als beschermd dorpsgezicht?

Vraag 5

Zijn de bewindspersonen het met de VVD eens dat het agrarisch ondernemerschap in het gebied sinds 1762 ook van grote culturele historische waarde is en onder de noemer

 historisch-ruimtelijk karakter kan vallen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 6

Hoe vinden de minister en de staatssecretaris dat economische factoren meegewogen moeten worden in het aanwijzen van een beschermd dorpsgezicht of in het bepalen van welke gronden specifiek onder het beschermd dorpsgezicht vallen?

Vraag 7

Hoe kijken de bewindspersonen naar de continuïteit van het agrarisch ondernemerschap aan de Bildtdijken? Zijn zij bereid te kijken hoe knelpunten die ontstaan als gevolg van de aanwijzing als beschermd dorpsgezicht weggenomen kunnen worden in overleg met de betrokkenen (gemeente, boeren, ANV en LTO)? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunnen zij de Kamer dan uiterlijk 1 maart 2017 rapporteren over de voortgang?

Vraag 8

Zijn de minister en de staatssecretaris bereid om de aanwijzing tot beschermd dorpsgezicht in Het Bildt alsnog heroverwegen, conform de eerdere motie van VVD en SGP hierover? Zo nee, waarom niet? Zijn zij bereid om de landbouwgronden alsnog uit te zonderen van het beschermd dorpsgezicht Oudebildtdijk? Zo nee, waarom niet?

Vraag 9

Kunnen de bewindspersonen toezeggen in toekomstige gevallen terughoudend om te gaan met het aanwijzen van beschermde stads- en dorpsgezichten en belanghebbenden vooraf meer mee te nemen in de afwegingen en besluitvorming? Zo nee, waarom niet?