Weeklog: Eerste stappen op weg naar een Europese klokkenluidersregeling - Main contents
Stel, je komt erachter dat de Italiaanse maffia profiteert van Europese subsidies. Dat is geen theoretisch verzinsel, want er zijn een reeks van dergelijke fraudegevallen bekend. Er is veel moed voor nodig om dit soort fraude te rapporteren aan de Europese instellingen. De bescherming van dergelijke klokkenluiders is daarentegen nog helemaal niet geregeld. Daarom ben ik blij dat de begrotingscontrolecommissie afgelopen week unaniem mijn rapport aannam, waarin ik concrete voorstellen doe voor de bescherming van dergelijke klokkenluiders, waaronder de oprichting van een Europees Huis voor Klokkenluiders, zoals we dat sinds kort en dankzij de inspanningen van Ronald van Raak in Nederland hebben.
Het is ongelofelijk moedig van mensen, als ze het Europees Parlement inlichten over vermoedelijke fraude met Europees geld. Als begrotingscontrolecommissie gaan we normaal gesproken zorgvuldig met deze info om, maar nog deze week vroeg een collega waarom we de naam van de klokkenluider niet zouden kunnen vrijgeven, die een brief met zware beschuldigingen over een Europese ambtenaar naar ons had gestuurd. Betrokkene vroeg toch immers niet zelf om geheimhouding? Dit was gewoon een naïeve opmerking van die collega, maar illustreert heel goed hoe slecht de bescherming op dit ogenblik functioneert.
Voor Europese ambtenaren zijn er regels die hen beschermen tegen represailles, als ze misstanden hebben gerapporteerd. Maar voor andere klokkenluiders is er niets geregeld. Ik stel in mijn rapport voor dat bij de Europese instellingen, en in het bijzonder bij de EU-Antifraudedienst OLAF en bij het EP zelf, speciale loketten komen waar klokkenluiders hun informatie naartoe kunnen sturen en waar ze verzekerd zijn van vertrouwelijke behandeling. Daarnaast moet er, net als in Nederland, een onafhankelijke instantie komen die klokkenluiders kunnen benaderen met verzoek om advies. Afhankelijk van de sterkte van hun klacht, kan zo’n Huis voor Klokkenluiders doorverwijzen naar bijvoorbeeld OLAF of juist de klokkenluider tegen zichzelf beschermen, als de klacht te weinig gefundeerd is.
Maar hoe zit het dan met de bevoegdheid van de EU op dit gebied? Dat is in dit geval duidelijk: omdat het hier gaat om de bescherming van de financiële belangen van de EU, waarbij klokkenluiders een belangrijke rol spelen, voldoet het voorstel aan alle wettelijke eisen. De veranderingen zullen bovendien eerst en vooral gevolgen hebben voor de Europese instellingen zelf: aan de praktijk dat klokkenluiders maar moeten afwachten of de vertrouwelijkheid van hun informatie wordt gerespecteerd, komt een einde. Als het EP tijdens de plenaire sessie in Straatsburg midden februari mijn voorstellen eveneens goedkeurt, dan heeft de Europese Commissie geen enkel excuus meer om op dit gebied niet snel over de brug te komen. Ondertussen kunnen we in ieder geval in het EP zelf een speciaal loket oprichten. We hoeven dus niet op de Commissie te wachten om de Europese wereld een stukje rechtvaardiger te maken.