Weeklog: Waarom het Europees Medicijn Agentschap niet naar Amsterdam moet - Main contents
Morgen vergaderen de Europese ministers over de vestigingsplaats van het Europees Medicijn Agentschap, dat nu nog in Londen is gevestigd, maar daar bij een Brexit weg moet. Het wordt weer een flinke koehandel, en dan nog achter gesloten deuren, want de onderhandelingen zijn geheim. Niet alleen door deze geheimzinnigheid, maar ook inhoudelijk is het bij voorbaat een gemiste kans. Het EMA gaat over toelating van medicijnen en is voor iedereen van enorm belang. Juist daarom moeten we dit Agentschap niet ergens wegstoppen en daarmee overleveren aan de lobbyisten van de farmaceutische industrie.
Ik heb het nog geprobeerd: als het Agentschap dan toch weg moet en in een van de lidstaten terecht zou moeten komen, laat het dan naar Straatsburg gaan. Prachtig gebouw, prachtige voorzieningen, allemaal gemaakt voor het Europees Parlement, maar dat kan dan per omgaande vertrekken. Weg verhuiscircus. De Nederlandse regering ergert zich wel aan het verhuiscircus, maar wil er vooral niet over beginnen tegenover de Franse president. Wie weet, zou hij wel eens boos kunnen worden. Bovendien hebben de Fransen Lille als kandidaat-stad genomineerd en Nederland Amsterdam. Daarmee loopt deze weg dood.
Maar als de Straatsburg-optie van tafel is, dan is Brussel de meest logische plaats voor Agentschappen die over belangrijke zaken gaan. En de goedkeuring van medicijnen is zo’n belangrijke zaak. We willen allemaal goede en betaalbare medicijnen. De farmaceutische industrie heeft echter andere belangen: die willen graag nieuwe medicijnen op de markt zetten, ook als deze nauwelijks nieuwe werkzame stoffen bevatten (alles voor de winst) of medicijnen waarvan de werking, dan wel de bijwerkingen nog niet goed onderzocht zijn. Ja, door henzelf, maar juist hier is onafhankelijk onderzoek hard nodig en dat vraagt tijd. Geen wonder dat het EMA permanent onder druk staat van de industrie.
Brussel is geen garantie voor betere controle, maar omdat de meeste Europese instellingen er gevestigd zijn, is het wel makkelijker demonstreren dan ergens in een van de lidstaten. Ook de lobbywaakhonden, zoals Corporate Europe Observatory, zitten in Brussel en je kunt het gerust aan hen overlaten de instellingen kritisch door te lichten. Dat hebben we nodig. Agentschappen in alle uithoeken van de EU niet, die ondermijnen alleen maar de transparantie en daarmee de democratie.