Weeklog: Het Europees Parlement is groot genoeg - Main contents
Deze week gaan we stemmen over een rapport dat voorstelt de 73 bij een Brexit vrijkomende zetels niet gewoon in te leveren, maar 27 ervan te gebruiken voor een eerlijker verdeling over de lidstaten en de rest voor een puur Europese lijst. In Nederland zou je dan twee stemmen kunnen uitbrengen: één op de Nederlandse lijst en één op de Europese. De Tweede Kamer heeft al eerder gezegd terug te willen naar 678 zetels. Wie de enorme gebouwen met de duizenden medewerkers van het EP ziet, zal dit ook de enige logische conclusie vinden, maar in het Europees Parlement zelf wordt het nog spannend. En uiteindelijk moet het EP wel instemmen met wat de Raad van ministers besluit. Dus helemaal zonder betekenis is het niet wat onze collega’s deze week gaan stemmen. De SP is tegen een Europese superstaat, en tegen een megalomaan Europees Parlement, dus is er werk aan de wnkel.
De eurofielen zien nu hun kans schoon. Bij een federaal Europa, zeg maar de Verenigde Staten van Europa, horen ook Europese politieke partijen en een Europees samengesteld Parlement. Op allerlei mogelijke manieren proberen de eurofielen dan ook de positie van nationale partijen in het EP terug te dringen. Zo moet je veel moeite doen om naast je collega’s van je nationale partij in de plenaire te kunnen zitten om bijvoorbeeld bij stemmingen nog even te kunnen overleggen. De meeste Nederlandse collega’s zitten dan ook verspreid binnen het vak van hun politieke groep. Een nieuwe regel is dat ik zelfs het logo van de SP niet mag gebruiken op posters voor bijeenkomsten die ik organiseer in het EP. Nationale partijen zijn uit, Europese politieke partijen (waar de meeste mensen nog nooit van gehoord hebben) zijn in.
Het droombeeld van de eurofielen is dat iedere Europese politieke partij, net als in 2014, een kandidaat naar voren schuift voor het voorzitterschap van de Europese Commissie. Deze Spitzenkandidaten gaan dan heuse tv-debatten voeren, alsof zij de ware vertegenwoordigers van de burgers in de EU zijn. In 2014 keek er bijna niemand. De echte debatten gingen tussen de kandidaten van de nationale partijen. De eurofielen willen met hun Europese lijsten nu een stap verder zetten: de Europese politieke partijen zouden hiermee een eigen lijst krijgen en daarmee een eigen platform.
De komende dagen gaan Anne-Marie Mineur en ik via Twitter laten zien wat we kunnen winnen, als we niet aan deze gekkigheid meedoen. Een kleiner EP kan niet alleen efficiënter worden doordat veel overbodig werk zal komen te vervallen, maar ook veel kosten op salarissen en materieel besparen. En nee, kleine partijen worden niet de dupe van het wegvallen van de 73 zetels: de verdeling wordt verder niet aangetast, dus Nederland houdt gewoon 26 zetels. Het krijgt er alleen geen extra zetels bij. En verder krijgen we ook geen last van ‘super-Europarlementariërs’ van een Europese lijst. Dat lijkt me pure winst.