Zeker zijn van een veilig thuis - Main contents
Eén op de drie vrouwen maakt het mee: geweld achter de voordeur.
Helaas was ik daar één van. Ik weet dan ook als geen ander hoe moeilijk het is om als slachtoffer het taboe te doorbreken en hulp te zoeken. Veel slachtoffers houden, net als ik, uit schaamte, angst, liefde, (financiële) afhankelijkheid, of een combinatie daarvan, jarenlang hun mond.
De tijd terugdraaien gaat niet. Maar voor toekomstige slachtoffers is het nog niet te laat.
Geweld achter de voordeur is een enorm maatschappelijk probleem, waarbij we als gehele samenleving aan zet zijn.
Daarom overhandig ik vandaag, op Internationale Vrouwendag, met collega Kamerleden Sharon Dijksma en Attje Kuiken een initiatiefnota aan Mark Rutte. De nota bevat tien actiepunten waarmee wij de regering oproepen om geweld achter de voordeur aan te pakken. Dat vraagt daadkracht, samenwerking en vooral: regie.
Want ondanks de jarenlange inspanningen van veel organisaties, gemeenten, politie en Rijksoverheid is geweld achter de voordeur nog steeds de meest voorkomende vorm van geweld in onze samenleving. Elke tien minuten rukt de politie uit naar aanleiding van een melding van acuut geweld achter de voordeur. Jaarlijks registreren zij 65.000 incidenten, en dat is maar het topje van de ijsberg; naar schatting is dat slechts 12% van alle gevallen[1].
Daarom overhandig ik vandaag, op Internationale Vrouwendag, met collega Kamerleden Sharon Dijksma en Attje Kuiken een initiatiefnota aan Mark Rutte.
Geweld achter de voordeur is een enorm maatschappelijk probleem, waarbij we als gehele samenleving aan zet zijn. Daarom pleiten wij in ons voorstel voor een Nationaal Rapporteur, die de totale omvang én kosten van geweld achter de voordeur in kaart moet brengen. Daarop volgend komt er wat ons betreft een Nationaal Akkoord Geweld Achter de Voordeur, waarbij vanuit Rijksoverheid, gemeenten, opvang, zorg, maatschappelijke organisaties, politie en justitie gezamenlijk wordt bekeken hoe preventie, signalering, hulp, nazorg, aangiftebereidheid en vervolging beter kunnen.
Tijd om de stilte te doorbreken, iedereen moet zeker kunnen zijn van een veilig thuis.
Een ander belangrijk voorstel, is dat we beroepsgroepen met structureel en persoonlijk klantcontact, zoals kappers, betrekken bij de aanpak. We willen investeren in trainingen en voorlichting voor kappers en andere professionals. Zodat zij zich niet machteloos hoeven te voelen, wanneer ze vermoedens hebben van mishandeling of onderdrukking. Maar het gesprek durven te openen, en eventueel kunnen doorverwijzen naar hulp.
Kortom: tijd om de stilte te doorbreken. Want iedereen moet zeker kunnen zijn van een veilig thuis.