Licht in de wereld - Main contents

Vorige week ontving de Tweede Kamer een groep vertegenwoordigers van de Nederlandse orthodox-joodse gemeenschap. De voorzitters van de Eerste en Tweede Kamer waren aanwezig om een chanoeka kandelaar te ontvangen uit handen van rabbijnen Vorst, Katzman en Jacobs.

Het was 12 jaar geleden dat een dergelijke ceremonie voor het laatst had plaatsgevonden. Op voorspraak van de Eerste en Tweede Kamer fractie hadden de voorzitters van beide Kamers ervoor gekozen aanwezig te willen zijn bij deze bijzondere gebeurtenis.

Chanoeka is het joodse feest waar de overwinning van licht over duisternis wordt gevierd, de overwinning van recht over onrecht. Het verwijst naar de wonderlijke gebeurtenissen van vlak voor onze jaartelling, op die lege bladzijde tussen Oude en Nieuwe Testament, toen een klein joods volk een onwaarschijnlijke overwinning behaalde op de machtige Griekse overheerser. De ontheiligde tempel werd opnieuw toegewijd en het kleine beetje olie dat er nog was bleek genoeg om acht dagen te blijven branden zodat er weer tijd was om nieuwe heilige olie voor de menorah in de tempel te maken. De chanoeka kandelaar, de menorah chanoekia, heeft acht lichtjes op een rij. Iedere dag wordt er een extra lichtje aangestoken. Dat gebeurt met het middelste, negende lichtje dat altijd brandt. Dat lichtje in het midden staat hoger dan de acht andere en heet de shamash (dienaar): dat is de koning-knecht Wiens licht altijd brandt en dankzij wie wij licht mogen verspreiden in de wereld. Een vooruitwijzing naar de komst van de Messias.

De kandelaar heeft op verzoek van de joodse gemeenschap een plekje gekregen in het kantoor van Khadija Arib, onze Tweede Kamer voorzitter. Wat een bijzondere gedachte dat in het hart van onze democratie, in het centrum van de macht, acht dagen lang symbolisch het licht van de Messias brandt.

De acht lichten op een rij zijn de mensen die in vuur en vlam komen te staan door de Messias. Alle mensen zijn gelijkwaardig en daarom staan de lichtjes allemaal op dezelfde hoogte. Ik kreeg het beeld van de volksvertegenwoordigers: wij vertegenwoordigen het volk, maar we staan er niet boven; de gedachte overviel me dat wij, juist in deze tijd waarin wij als partij deel uitmaken van de regering, dit mogen doen met 8 volksvertegenwoordigers, 3 in de Eerste en 5 in de Tweede Kamer. Acht lichtjes die in vuur en vlam worden gezet door de Messias die in het midden staat, boven ons staat en Wiens licht altijd brandt.

Het was een betekenisvolle bijeenkomst met de joodse gemeenschap. Vaak denken wij dat wij degene zijn die hen moeten beschermen tegen kwaad in ons land. Maar vorige week zag ik dat het eigenlijk andersom is: zij kwamen het licht brengen in ons parlement en spraken daarbij de zegen uit over ons. Laten we nooit vergeten hoe belangrijk de aanwezigheid van de joodse gemeenschap in ons land is en met hun de daarmee verbonden zegen.