Weeklog: Hoe belangrijk zijn mensenrechten? - Main contents
Het is geen toeval dat mensen als Bas Heijne en vandaag in Buitenhof Hella Hueck wijzen op de schade die in de afgelopen decennia door het heilig geloof in de markt is aangericht. Dat mensen zich onzeker voelen, teruggeworpen op zichzelf in een concurrentiestrijd met iedereen. Een strijd waarvan ze denken dat ze die gaan verliezen. Tijd dus om te zoeken naar handvatten om mensen weer hoop op een overwinning te geven. Kunnen in dat verband de internationale mensenrechtenverdragen zorgen voor een nieuw verband, waarbij iedereen weer rekening gaat houden met de ander? Mijn antwoord: niet zomaar, maar ze kunnen wel degelijk helpen.
Ook neoliberalen hechten erg aan mensenrechten, maar dan met nadruk op het individu. Over sociale mensenrechten hoor je ze minder. Terwijl juist die in de EU en in Nederland sterk onder druk staan: denk aan het stakingsrecht, maar ook op rechten als een goed inkomen, adequate huisvesting, recht op onderwijs en zorg. Als die rechten eindelijk serieus worden genomen, is er hoop. De justitiecommissie van het Europees Parlement stemde afgelopen week in met mijn voorstellen om het Europees Sociaal Handvest, een bindend verdrag van de Raad van Europa (die naast de EU ook de meeste andere Europese landen als lid heeft), eindelijk serieus te gaan nemen.
Dat betekent dat je, voordat je überhaupt als Europese Commissie voorstellen doet op economisch gebied, eerst nadenkt wat de sociale gevolgen ervan zijn. De Griekse regering werd eerder door de Raad van Europa op haar vingers getikt, toen zij onder druk van de eurogroep onder leiding van Dijsselbloem, draconische bezuinigingen op de pensioenen doorzette. In het hele begrotingsfetisjisme is nooit plaats geweest voor respect voor sociale rechten. Zolang we het juk van de Europese controle op nationale begrotingen nog niet van ons hebben kunnen afschudden, kun je op zijn minst eisen dat alle voorstellen worden getoetst op hun sociale gevolgen.
Hetzelfde geldt voor de handelsverdragen. Nu ligt er weer een voorstel voor een verdrag met Vietnam. Niet alleen is de algemene mensenrechtensituatie in dat land beneden de maat, via zo’n verdrag open je ook de deuren voor verdere uitbuiting. Welke garanties zijn er ingebouwd dat de handel op basis van dat verdrag eerlijk is, en dat zo’n verdrag de positie van Vietnamese werkers juist niet verder onder druk zet? Het EP was het met me eens dat in de toekomst eerst een effectenrapportage gemaakt moet worden met oog voor alle mensenrechten en met erkenning van de verantwoordelijkheid van in de EU gevestigde bedrijven voor hun activiteiten elders in de wereld.
De ongebreidelde marktwerking krijg je met mensenrechten niet in één keer weg. Maar als werknemers kunnen staken, als mensen zich met succes kunnen beroepen op het recht niet uitgebuit te worden, en als ze goede zorg, goed onderwijs en voldoende beloning kunnen eisen, dan zijn mensenrechten wel in staat om de macht van de 90% te versterken. Daarom was de stemming in de justitiecommissie belangrijk. Nee, er ligt niet gelijk een wet, maar het geeft wel weer hoop. Hoop dat het mogelijk wordt een einde te maken aan de hegemonie van het neoliberalisme.