Berichten van het Binnenhof - XVII - Main contents
Op de valreep van mijn lidmaatschap van de Eerste Kamer werd ik binnen de fractie nog verantwoordelijk voor de behandeling van twee ingewikkelde wetsvoorstellen. Daarvan was het eerste verreweg het belangrijkste. Het was de lang verwachte wet van Wouter Koolmees die de basis moest leggen voor de grote hervorming van de arbeidsmarkt waarvoor dit kabinet had getekend. De totstandkoming had veel tijd gekost (helaas zonder tot overeenstemming met werkgevers en werknemers te leiden) en ook de route door de Tweede Kamer duurde langer dan voorzien. Toen de wet bij de Eerste Kamer commissie voor SZW belandde, waren er nog maar een paar maanden beschikbaar voor de afhandeling. Dat is krap.
De oppositiepartijen waren deze wet bepaald niet goed gezind, en gingen er eens rustig voor zitten. Uiteindelijk, na een deskundigenbijeenkomst - die hun ruim materiaal verschafte voor een kritische inbreng - en twee uitgebreide schriftelijke rondes werkten zij loyaal mee aan de realisatie van een plenair debat op 20 mei, een maandag waarnaar uitgeweken moest worden omdat de dinsdagen overbelast raakten.
De ambtenaren van SZW hadden tegen die tijd al meer dan 100 pagina’s aan reacties afgeleverd, maar er bleef nog genoeg te debatteren over. Mijn inbreng staat hieronder; de minister hoefde niet te twijfelen aan de steun vanuit zijn eigen partij. Maar de uitslag bleef lang onzeker. De wet bestond uit een aantal ingredienten voor herzien arbeidsmarktbeleid waar veel voor te zeggen was (al waren de werkgevers tegen de ene helft en de werknemers tegen de andere), maar de ZZPers kwamen niet aan bod. De over hen handelende wet DBA, waartegen ik tevergeefs had geopponeerd, was nog steeds wegens onuitvoerbaarheid(!) opgeschort, maar minister Koolmees had goede redenen om toch nog even te wachten met een vervolg. Maar alleen al daarom was het zeer de vraag of VVD en CDA, niettegenstaande hun coalitieverplichtingen, de wet zouden steunen. En uitstel naar de nieuwe Kamer zou riskant zijn, zo niet fataal.
Aan het einde van een lange avond legden de coalitiepartijen hun zorgen vast in een motie waar minister Koolmees, die zichtbaar aan het einde van zijn krachten begon te raken, goed mee kon leven. Rond middernacht nam hij opgelucht afscheid van de hem oprecht complimenterende Kamerleden, en een week later was de Wet Arbeidsmarkt in Balans een feit. Een happy end.