Tweede lezing Grondwetsherziening in Verenigde Vergadering
Bij de Tweede Kamer is een voorstel tot wijziging van de grondwetsherziening zoals vastgelegd in artikel 1371 van de Grondwet in eerste lezing in behandeling. Ieder voorstel om de Grondwet te wijzigen moet tweemaal behandeld worden: de zogenaamde eerste en tweede lezing. Momenteel worden beide lezingen door de Tweede en Eerste Kamer afzonderlijk behandeld. Het voorstel van minister Kajsa Ollongren2 is om de tweede lezing niet in beide kamers afzonderlijk te laten behandelen, maar in een Verenigde Vergadering3 van de Tweede en Eerste Kamer.
Minister Kajsa Ollongren diende het voorstel op 17 juli 2020 in. Dit voorstel werd op 8 december 2020 door de Tweede Kamer aangenomen. De Eerste Kamer is nu aan zet voor de eerste lezing.
In artikel 1371 worden de leden 4 en 5 gewijzigd. In het vierde lid worden 'beide Kamers' vervangen door 'de Staten Generaal in verenigde vergadering' zodat het artikel komt te luiden:
Nadat de nieuwe Tweede Kamer is samengekomen, overwegen de Staten-Generaal in verenigde vergadering in tweede lezing het voorstel tot verandering, bedoeld in het eerste lid. Zij kunnen dit alleen aannemen met ten minste twee derden van het aantal uitgebrachte stemmen.
In het vijfde lid wordt 'De Tweede Kamer' vervangen door ‘De Staten-Generaal in verenigde vergadering’ zodat dit komt te luiden
De Staten-Generaal in verenigde vergadering kunnen, al dan niet op een daartoe door of vanwege de Koning ingediend voorstel, met ten minste twee derden van het aantal uitgebrachte stemmen een voorstel tot verandering splitsen.
Als gevolg van deze wijziging moet ook het tweede lid van artikel 1384 worden aangepast zodat het tweede lid daarvan komt te luiden:
De Staten-Generaal beraadslagen en besluiten in verenigde vergadering over een voorstel van wet, houdende voorzieningen als bedoeld in het eerste lid, onder a. Zij kunnen dit alleen aannemen met ten minste twee derden van het aantal uitgebrachte stemmen.
Tenslotte wordt in een additioneel artikel een aantal overgangs- en aanvullende bepalingen toegevoegd.
Zowel de Tweede als de Eerste Kamer moet tweemaal instemmen met de Grondwetsherziening. De Tweede Kamer moet voorafgaand aan de tweede lezing ontbonden worden, zodat de kiezer zich in de verkiezingen uit kan spreken over het voorstel de Grondwet te wijzigen. Bovendien is er zo voor een langere periode brede politieke steun nodig om de Grondwet te wijzigen. Veranderingen in de Grondwet kunnen niet op basis van een enkele verkiezingsuitslag worden doorgevoerd.
Omdat de Kamers het voorstel in tweede lezing met twee derde meerderheid moeten accepteren, bestaat in het huidige proces de mogelijkheid dat een minderheid in de Eerste Kamer een Grondwetswijziging blokkeert waar een ruime meerderheid in de Tweede Kamer mee instemt. Dat kan als problematisch worden beschouwd omdat de Eerste Kamer wordt gekozen door provinciale statenleden. Deze zijn niet verkozen op grond van hun standpunt over de Grondwetsherziening. De Tweede Kamer daarentegen is voorafgaand aan de tweede lezing direct verkozen en geniet daarom een grotere democratische legitimiteit met betrekking tot het voorstel.
De Tweede Kamer heeft meer leden dan de Eerste Kamer, waardoor de stem van de Tweede Kamerleden zwaarder weegt dan die van de Eerste Kamerleden in de Verenigde Vergadering. Volgens het wetsvoorstel is dit gerechtvaardigd, omdat de Tweede Kamer ten tijde van de tweede lezing zowel recenter als op een directere wijze verkozen is. Er vinden twee lezingen plaats, waarvan de tweede na ontbinding van de Tweede Kamer. Op deze manier blijft de zorgvuldigheid van het huidige proces van Grondwetsherziening gehandhaafd. Daarnaast worden de problemen van de tweede lezing in de Eerste Kamer voorkomen: de Eerste Kamer kan nog wel een tweede maal over het voorstel oordelen, maar kan het niet verwerpen als er in de Tweede Kamer een ruime meerderheid voor het voorstel is.
Tenslotte kunnen de Tweede Kamerleden nu bij hun oordeel over het voorstel het oordeel van de Eerste Kamerleden mee laten wegen.
De Grondwetsherziening van 1848 legde de huidige Grondwetsherzieningsprocedure vast. Na aanneming van een wijzigingsvoorstel moesten verkiezingen voor zowel de Tweede als de Eerste Kamer worden gehouden, waarna beide nieuw gekozen Kamers het voorstel met twee derde meerderheid aan moesten nemen. Sinds 1995 wordt de Eerste Kamer niet meer ontbonden. Vorige kabinetten hebben voorgesteld het probleem van de mogelijke blokkerende werking van de tweede lezing in de Eerste Kamer uit de weg te gaan door de tweede lezing af te schaffen, wijzigingen van de Grondwet in een speciale Grondwetskamer te behandelen of door de tweede lezing uitsluitend in de Tweede Kamer plaats te laten vinden. Hier kleven echter nadelen aan, zoals het wegnemen van de invloed van de kiezer of de controlerende functie van de Eerste Kamer. Daarom pleit Ollongren nu voor het behouden van de belangrijkste elementen van de huidige procedure, die de weerbaarheid van de van de democratische rechtsstaat waarborgen.
- 1.1. De wet verklaart, dat een verandering in de Grondwet, zoals zij die voorstelt, in overweging zal worden genomen.
- 2.Kajsa Ollongren (1967) was van 10 januari 2022 tot 2 juli 2024 minister van Defensie in het kabinet-Rutte IV. Daarvoor was zij minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in het kabinet-Rutte III. In dat kabinet was zij namens D66 tevens viceminister-president. Mevrouw Ollongren was van 18 juni 2014 tot 26 oktober 2017 wethouder van Amsterdam en in september 2017 werd zij daar waarnemend burgemeester. In 2011-2014 was zij secretaris-generaal van het ministerie van Algemene Zaken. Eerder was zij plaatsvervangend secretaris-generaal op dat ministerie en daarvoor onder meer plaatsvervangend directeur-generaal economische politiek en directeur integratie en strategie op het ministerie van Economische Zaken.
- 3.De gezamenlijke vergadering van beide Kamers van de Staten-Generaal (de Tweede en Eerste Kamer) heet Verenigde Vergadering. De voorzitter van de Eerste Kamer leidt deze vergadering (artikel 62 Grondwet).
- 4.1. Voordat de in tweede lezing aangenomen voorstellen tot verandering in de Grondwet door de Koning worden bekrachtigd, kunnen bij de wet:
- 5.Het wetsvoorstel regelt dat de tweede lezing van een wetsvoorstel dat de Grondwet wijzigt, voortaan in een gezamenlijke vergadering van de Tweede en Eerste Kamer wordt behandeld. Nu schrijft de Grondwet in zo’n geval goedkeuring door de Eerste Kamer met twee derde meerderheid voor. Het wetsvoorstel voorkomt volgens de regering dat een beperkte minderheid van de Eerste Kamer een grondwetswijziging verhindert die gesteund wordt door een grote meerderheid van de Tweede Kamer. De Tweede Kamer is immers direct gekozen tijdens verkiezingen, die ook als doel hebben om de invloed van kiezers op die grondwetswijziging mogelijk te maken.