Brief van de minister van A&M over diverse moties en toezeggingen met betrekking tot de asielopvang - Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Asiel en Migratie (XX) voor het jaar 2025 - Main contents
Deze brief is onder nr. B toegevoegd aan wetsvoorstel 36600 XX - Vaststelling begroting Asiel en Migratie 2025.
Officiële titel | Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Asiel en Migratie (XX) voor het jaar 2025; Brief van de minister van A&M over diverse moties en toezeggingen met betrekking tot de asielopvang |
---|---|
Document date | 19-12-2024 |
Publication date | 19-12-2024 |
Nummer | KST1176353 |
Reference | 36600 XX, nr. B |
External link | original article |
Original document in PDF |
Eerste Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2024-2025
36 600 XX Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Asiel en Migratie (XX) voor het jaar 2025
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ASIEL EN MIGRATIE
Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 16 december 2024
Inleiding
De asielinstroom in Nederland is hoger dan de Migratieketen aan kan. De Immigratie-en Naturalisatiedienst (IND) kampt met voorraden bij de behandeling van asiel- en nareisaanvragen en er is beperkt sprake van uitstroom van statushouders naar gemeenten. De asielopvang zit door beperkte uitstroom en beperkte nieuwe locaties overvol. De uitdaging voor én de druk op de organisaties binnen de Migratieketen als geheel is daarmee onverminderd groot. Daarom zet dit kabinet in op een breed pakket aan maatregelen om het asielstelsel ingrijpend te hervormen, de asielinstroom te beperken en de asielketen per direct te ontlasten.
In deze brief kom ik terug op een aantal moties van en toezeggingen aan uw Kamer met betrekking tot de (asiel)opvang. De volgende onderwerpen worden nader toegelicht:
(I) De stand van zaken asielopvang met een doorkijk naar de toekomst
(II) Wet Gemeentelijke Taak Opvangvoorzieningen
(III) Kleinschalige opvang
(IV) Overlast
(V) Herziene inrichting van de asielprocedure
(I) De stand van zaken asielopvang met een doorkijk naar de toekomst De druk op de asielopvang is aanhoudend hoog. Met oog voor de lokale uitdagingen op de woningmarkt zijn eerder samen met het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, provincies en gemeenten de (tijdelijke)
huisvestingmogelijkheden uitgebreid. Zo is het concept van doorstroomlocaties voor de tijdelijke huisvestiging van statushouders in de regio tot stand gekomen en zijn de eerste doorstroomlocaties gerealiseerd. Voor de korte termijn wordt, in afstemming met gemeenten, de mogelijkheid geboden om statushouders tijdelijk te huisvesten in hotels en vakantieparken.
Bij de behandeling van de algemene politieke beschouwingen met uw Kamer heeft de minister president een toezegging1 gedaan met betrekking tot de uitvoering van gemaakte afspraken die er nu op lokaal en regionaal niveau bestaan met het COA. Ik kan bevestigen dat aan gemaakte financiële afspraken waar een overeenkomst onder ligt, niet getornd zal worden.
Bij de uitwerking van de verschillende (wets)voorstellen uit het regeerprogramma zullen de financiële gevolgen in kaart worden gebracht, worden meegewogen en besproken worden met de medeoverheden.
(II) Wet Gemeentelijke Taak Opvangvoorzieningen
Uw Kamer heeft een motie2 aangenomen waarin de regering wordt verzocht om duurzame kleinschalige opvang actief te stimuleren.
Momenteel wordt op grote schaal gebruik gemaakt van dure noodopvang, cruiseschepen en hotels. Deze dure locaties zullen op termijn vervangen moeten worden door grootschalige, duurzame opvanglocaties die verdeeld zijn over Nederland. Ik zet mij hiervoor in met als doel voldoende betaalbare opvangplekken te realiseren. Tegelijkertijd blijft, voor verschillende doelgroepen maar ook vanwege het tekort aan opvangplekken en onvoldoende uitstroom van statushouders, lokale kleinschalige opvang nodig. Dit zal ook in de toekomst mogelijk blijven. Hierover worden afspraken gemaakt met gemeenten.
Mijn ambtsvoorganger heeft uw Kamer toegezegd3, naar aanleiding van een vraag van het lid Van Toorenburg (CDA), bereid te zijn om te kijken naar het laatste lid van artikel 9 van de Wet (T03850). In het debat gaf lid Van Toorenburg aan dat gemeenten elkaar zouden kunnen benadelen wanneer de ene gemeente niet bijdraagt aan het 75% behalen van de provinciale opgave, de andere gemeenten uit dezelfde provincie automatisch niet meer in aanmerking komen voor hun specifieke uitkering zoals genoemd in lid 3 van artikel 9. Ik kan uw Kamer melden dat dit niet het geval is. Gemeenten die bijdragen aan het 75% van de provinciale opgaven komen - naar rato -in aanmerking voor deze specifieke uitkering.
Tevens heeft mijn ambtsvoorganger uw Kamer toegezegd4, naar aanleiding van een vraag van het lid Dittrich (D66), dat de Kamer wordt geïnformeerd over de wijze waarop kwalitatief toezicht wordt gehouden op kleinschalige niet-COA-opvang. In Europees verband zijn afspraken over het kwaliteitsniveau van opvang. De Europese Opvangrichtlijn, die grotendeels geïmplementeerd is in de Regeling verstrekkingen Asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen 2005 (RvA 2005), is leidend waar het de minimumnormen betreft waaraan de asielopvang moet voldoen. Deze normen gelden voor alle vormen van asielopvang, ongeacht de omvang, wie deze organiseert en exploiteert. Het op basis hiervan opgestelde kwaliteitskader5 heeft mijn ambtsvoorganger op 25 juni jl. aan de Tweede Kamer gestuurd.
Op de kwaliteit van de asielopvang wordt toezicht gehouden. De wijze waarop dit is ingericht indien de gemeente de exploitatie geheel of gedeeltelijk uitvoert, wordt nog beschreven. Het ligt in de lijn der verwachting dat dit op dezelfde wijze zal zijn als het toezicht dat op dit moment plaatsvindt. Mijn ministerie is met de Inspectie Justitie en Veiligheid- en andere betrokken partijen - in overleg hoe dit vorm gegeven zal worden.
Met deze brief kom ik tevens tegemoet aan de toezegging6 van mijn voorganger om uw Kamer de inhoud van de gespreksverslagen van de provinciale regietafels te verstrekken. Mijn ministerie is met de PRT's in gesprek gegaan en er is afgesproken dat de verslagen conform de Wet Open Overheid worden opgesteld. Uit een rondgang bij de PRT's blijkt dat 6 van de 12 PRT's hun verslagen al actief openbaar maken. De overige PRT's maken hun verslagen passief openbaar.
(III) Kleinschalige opvang
Het COA werkt actief aan de realisatie van kleinschalige opvanglocaties. Het COA is daarnaast met meerdere gemeenten in gesprek over het inrichten van reguliere kleinschalige opvanglocaties. Het streven is om deze kleinschalige opvanglocaties zo veel als mogelijk in de omgeving van grote reguliere opvanglocaties te realiseren. Tevens kunnen kleinschalige opvanglocaties ook ingezet worden voor het opvangen van alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv) met een verblijfsvergunning. De verwachting is dat naar aanleiding van de verslagen die op 1 november jl. door de Commissarissen van de Koning zijn ingediend conform de Spreidingswet, waarin wordt aangegeven hoe de gemeenten uitvoering zullen geven aan de provinciale opgave, meer kleinschalige opvang zal worden ontwikkeld. Mijn ambtsvoorganger heeft uw Kamer toegezegd7, mede naar aanleiding van vragen van het lid Van der Goot (OPNL), dat een periodiek overzicht naar de Kamers gestuurd zal worden voor het bijhouden van de ontwikkeling van kleinschalige opvang. Daarnaast werd toegezegd dat gemonitord zal worden welke voorgenomen kleinschalige opvang niet gerealiseerd kon worden. Zodra ik hierover meer informatie heb, zal ik uw Kamer hierover informeren.
Er zijn tot nu toe 4 potentiële KSO door gemeenten afgewezen. In drie gevallen heeft een gemeente de interesse ingetrokken wegens gebleken gebrek aan bestuurlijke of wel maatschappelijke draagvlak. In één geval wenst een gemeente zich te heroriënteren in verband met veranderingen binnen de gemeente. De verwachting is dat naar aanleiding van de verslagen die op 1 november jl. door de Commissarissen van de Koning zijn ingediend conform de Spreidingswet, waarin wordt aangegeven hoe de gemeenten uitvoering zullen geven aan de provinciale opgave, meer kleinschalige opvang zal worden ontwikkeld. Mijn ambtsvoorganger heeft uw Kamer toegezegd8, mede naar aanleiding van vragen van het lid Van der Goot (OPNL), dat een periodiek overzicht naar de Kamers gestuurd zal worden voor het bijhouden van de ontwikkeling van kleinschalige opvang. Daarnaast werd toegezegd dat gemonitord zal worden welke voorgenomen kleinschalige opvang niet gerealiseerd kon worden. Zodra ik hierover meer informatie heb, zal ik uw Kamer hierover informeren.
(IV) Overlast
Naar aanleiding van een vraag van het lid Van der Goot (OPNL) heeft mijn ambtsvoorganger een toezegging9 gedaan om opdracht te geven om het geld voor Nieuw-Weerdinge richting de provincie te sturen. Ik kan u melden dat op verzoek van de provincie het geld rechtstreeks is verstrekt aan de gemeente Emmen, waar Nieuw-Weerdinge onder valt. Het geld hebben zij inmiddels ontvangen.
In mijn brief10 aan de Tweede Kamer van 28 oktober jl. heb ik aangegeven dat het inzetten van een mobiel toezichtteam een instrument zal zijn dat aanvullend kan worden ingezet op de reeds bestaande maatregelen. Met deze structurele inzet kom ik tegemoet aan de vraag van lid Van der Goot (OPNL) tijdens het Plenair debat Wet gemeentelijke taak mogelijk maken asielopvangvoorzieningen van 15 januari jl., voor wat betreft de toezegging11 van mijn ambtsvoorganger dat er voldoende capaciteit komt voor het handhaven van de openbare orde in Budel.
(V) Herziene inrichting van de asielprocedure
De leden van de vaste commissie voor Immigratie en Asiel/JBZ-Raad (I&A/JBZ) van de Eerste Kamer der Staten-Generaal hebben enkele vragen gesteld naar aanleiding van de reactie van de voormalig Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op toezegging T0372612 en de nadien gewijzigde en vervolgens aangenomen motie-Van Meenen (D66) c.s. over een herziene inrichting van de asielprocedure en de asielketen.13 Deze (gewijzigde) motie ziet toe op het aanpassen van de asielprocedures zodat de verhuisbewegingen voor kinderen geminimaliseerd worden. In de volgende paragrafen geef ik antwoord op die vragen.
Op dit moment wordt hard gewerkt aan de implementatie van de Uitvoeringsagenda flexibilisering asielketen (hierna: uitvoeringsagenda). Hierbij wordt te allen tijde uitgegaan van de normen zoals vastgesteld door de (herziene) Europese Opvangrichtlijn en is het belang van het kind een hoofdprioriteit voor de keten. Een belangrijke wijziging in de inrichting van het asielopvanglandschap dat de uitvoeringsagenda beoogt te realiseren is het loskoppelen van de asielprocedure en de opvangmodaliteit. Hiermee kunnen de bestaande procesgerelateerde verhuisbewegingen in de toekomst voorkomen worden. Daarnaast blijft de inzet om, mocht het nodig zijn, gezinnen in reguliere locaties die sluiten zoveel mogelijk in de schoolvakanties te laten verhuizen, zodat het onderwijs van kinderen zo min mogelijk onderbroken wordt. Dit is zeer lastig te realiseren voor kinderen in de noodopvang gezien de korte duur van dit soort locaties. Het is dus voor het verminderen van verhuisbewegingen, zoals toegelicht in eerdere brieven14 van mijn ambtsvoorganger, nog altijd van wezenlijk belang dat er voldoende stabiele en duurzame opvangvoorzieningen zijn. Zo wordt de inzet van noodopvanglocaties en tijdelijke gemeentelijke opvanglocaties zoveel als mogelijk voorkomen, waarmee ook de verhuisbewegingen van kinderen beperkt worden. Daarnaast is de Wet gemeentelijke taak mogelijk maken asielopvangvoorzieningen (hierna Spreidingswet) vooralsnog in werking en zal tot het moment van intrekking - zoals ook aan de Kamer is aangegeven - naar letter en geest worden uitgevoerd. De implementatie van de wet, en daarmee de uitvoering van de eerste cyclus, is in volle gang.
De uitdagingen binnen de Migratieketen zijn onverminderd groot. Alle inzet is erop gericht om weer grip te krijgen op migratie. Het kabinet zet zich ten volste in om het asielstelsel ingrijpend te hervormen, de asielinstroom te beperken en de Migratie per direct te ontlasten. Over de wijze waarop dit gebeurt, blijf ik uw Kamer informeren.
De Minister van Asiel en Migratie,
M.H.M. Faber- Van de Klashorst
4
Toezegging Afspraken COA en gemeentes (36.600) (T03930) - Eerste Kamer der Staten-Generaal
EK vergaderjaar 2023-2024, nr. 36.333,I
Toezegging Kijken naar laatste lid van artikel 9 (36.333) (T03850) - Eerste Kamer der Staten-
Toezegging Informatie aanbieden over wijze van toezicht op kwaliteit kleinschalige niet-COA-
opvang (36.333) (T03852) - Eerste Kamer der Staten-GeneraaT
TK vergaderjaar 2023-2023, 19 637, nr. 3662
T02933, 170694.25U
Parlementaire activiteiten van drs. A.Sj. van der Goot (OPNL) - Eerste Kamer der Staten-
Parlementaire activiteiten van drs. A.Sj. van der Goot (OPNL) - Eerste Kamer der Staten-
Toezegging Geld Nieuw-Weerdinge naar de provincie (36.333) (T03848) - Eerste Kamer der
TK vergaderjaar 2023-2034, 19 637, nr. 3306
Toezegging Voldoende capaciteit handhaven openbare orde Budel (36.333) (T03854) - Eerste
Toezegging Herziene inrichting asielprocedure en asielketen (36.373)
Gewijzigde motie-Van Meenen (D66) c.s. over een herziene inrichting van de asielprocedure en
Kamerbrief met reactie op motie over reduceren van het aantal gedwongen verplaatsingen van
kinderen; Beleidsreactie op het rapport van de Inspectie van het Onderwijs 'Veiligheid op gezinslocaties in beeld'
The EU Monitor enables its users to keep track of the European process of lawmaking, focusing on the relevant dossiers. It automatically signals developments in your chosen topics of interest. Apologies to unregistered users, we can no longer add new users.This service will discontinue in the near future.