Controle van de uitgaven van de EU - Main contents
De besteding van Europese gelden wordt gecontroleerd door de Europese Rekenkamer i. De Rekenkamer kijkt of de EU het geld rechtmatig uitgeeft en of dit leidt tot de gewenste resultaten. In Nederland ziet het ministerie van Financiën toe op de Europese uitgaven die via de Nederlandse overheid worden uitbetaald aan ontvangers van Europese gelden.
De uiteindelijke goedkeuring van de uitgaven uit de jaarlijkse Europese begroting, de zogenaamde 'kwijting i', wordt gedaan door het Europees Parlement i.
Sinds 1993 voegt de Europese Rekenkamer een betrouwbaarheidsverklaring toe aan de jaarlijkse controle van de uitgaven. Doorgaans is de Rekenkamer erg kritisch over over de Europese uitgaven. Ieder jaar worden er fouten geconstateerd; dat kan wijzen op onregelmatigheden of fraude, gebrekkige administratie of het is niet duidelijk hoe de besteedde gelden bijdroegen aan het doel waar ze voor zijn uitgegeven. Nederland is één van de landen die er bij de Europese Commissie i op aandringt de uitgaven van de EU-begroting strikter te controleren.
Contents
Europees Parlement: eindoordeel
De begroting van de Europese Unie wordt gecontroleerd door het Europees Parlement, de democratisch gekozen volksvertegenwoordiging. Dit doet het Parlement door middel van de kwijtingsprocedure.
Het Parlement bekijkt de jaarverslagen van de Europese Rekenkamer. In deze jaarverslagen staan de eventuele gevallen van fraude en de andere onregelmatigheden die zijn voorgekomen in het begrotingsjaar. Het Parlement houdt bij het eindoordeel rekening met de aanbevelingen van de Raad en de Rekenkamer. Als het Parlement van oordeel is dat de Europese Commissie zich niet aan haar begrotingstaak heeft gehouden, dan kan het de kwijting weigeren en wordt verder onderzoek gedaan. Doorgaans wordt het definitieve besluit pas twee jaar na het begrotingsjaar genomen omdat alle controles tijd vergen.
Europese Commissie: verantwoordelijk voor alle uitgaven
Allereerst dient de Europese Commissie i erop toe te zien dat de uitgaven volgens de regels en beginselen verlopen. Slechts één vijfde van de begroting wordt echter uitgegeven door de Europese Commissie zelf. De rest wordt in samenspraak met de lidstaten i uitgegeven.
Lidstaten: verantwoording uitgaven
De lidstaten nemen zelf de verantwoordelijkheid voor de goede besteding van de Europese fondsen. Bij de controle van de uitgaven van EU-gelden spelen de EU-lidstaatverklaringen van de EU-landen een rol. Dit is een jaarlijkse verklaring die een lidstaat uitgeeft over de besteding van de Europese subsidiegelden. Via de Ecofin-Raad i geven lidstaten een advies uit aan het Europees Parlement over goedkeuring van de uitvoering van de EU-begroting. Het Parlement kan en mag hier vervolgens wel van afwijken.
Europese Rekenkamer: controleert achteraf de uitgaven
De uitgaven worden achteraf gecontroleerd door de Europese Rekenkamer i. Elk jaar stelt zij een betrouwbaarheidsverklaring op over de Europese begroting. Daarnaast kan de Europese Rekenkamer in een eerder stadium ook onderzoek doen naar de uitgaven. De Rekenkamer hanteert een maximum foutenmarge van twee procent van de uitgaven. In de afgelopen decennia is deze norm echter nog nooit gehaald.
In het toezien op de uitgaven hanteert de Europese Commissie i een aantal beginselen.
Het eerste beginsel van goed financieel beheer houdt in dat doelstellingen meetbaar moeten zijn geformuleerd. Instellingen die uitgaven doen, verrichten zowel voor- als achteraf evaluaties om te controleren of de betalingen volgens de regels zijn gedaan.
Het tweede beginsel is het transparantiebeginsel. Dit houdt in dat het opstellen en de uitvoering van de begroting, alsmede het indienen van de rekeningen, zo transparant mogelijk moet gebeuren. De (gewijzigde) begroting dient vervolgens gepubliceerd te worden in het Publicatieblad van de Europese Unie. Ook alle subsidies en grotere openbare aanbestedingen moeten openbaar worden verstrekt.
Het specialiteitsbeginsel regelt dat ieder krediet een vooraf bepaalde bestemming moet hebben. Zo wordt de begroting ingedeeld in delen, titels, hoofdstukken, artikelen en posten. Recent is toegestaan dat geld dat op één post over is gehouden ingezet kan worden voor een andere post.
In de meerjarenbegroting van 2021-2027 is het conditionaliteitsmechanisme ingevoerd. Als het vermoeden bestaat dat de rechtsstaat in een lidstaat geschonden wordt én dat daardoor goed financieel beheer van EU gelden in die lidstaat onder druk staat of kan staan kan de Commissie aan de Raad voorstellen het uitkeren van EU-gelden aan de lidstaat in kwestie tijdelijk te stoppen.
Burgers, bedrijven en organisaties kunnen via allerlei wegen subsidie aanvragen bij de Europese Unie. Ondanks de diversiteit aan subsidies gelden er een aantal uniforme regels die altijd van toepassing zijn. De meeste van die regels gaan over de controle achteraf en of ontvangers van Europese gelden aan de voorwaarden van de verstrekte subsidie hebben voldaan.
In de meeste gevallen eist de Europese Commissie dat de EU-lidstaten i minimaal 50 procent van de kosten voor hun rekening nemen, de zogeheten co-financiering, maar er zijn ook projecten die geheel door de EU gesubsidieerd worden.
De Europese Rekenkamer is vaak kritisch over de uitgaven van EU-gelden. In de afgelopen jaren stelde de Rekenkamer vaak dat er fouten werden gemaakt in de besteding van de Europese uitgaven. Volgens de Europese Rekenkamer kunnen veel fouten worden voorkomen als de lidstaten beter controleren of EU-geld wel naar behoren wordt uitgegeven. Na onderzoek door de Europese Rekenkamer is gebleken dat nationale overheden voldoende informatie voorhanden hebben om fouten op te sporen én deze te corrigeren voordat de uitgaven ingediend worden bij de Europese Commissie. De Europese Commissie moet zelf ook beter controleren of de lidstaten alle projecten wel op de juiste manier beoordelen.